De voetbalwedstrijd
Soldat Franz Fuchs

Een van de Duitsers die tijdens de oorlog werd ingekwartierd bij mijn oma en haar familie op de boerderij aan de Broekweg, was een soldaat genaamd Franz Fuchs. Voor zover ik weet was hij officier. Wat me als kind altijd is bijgebleven, is wat mijn oma over hem vertelde: dat hij – ondanks het feit dat hij een Duitser was – toch een vriendelijke en benaderbare man leek.
Mijn oudoom Henk, de broer van mijn oma, sprak regelmatig met Fuchs. Dat was ook bijna onvermijdelijk; ze woonden noodgedwongen onder één dak, en elkaar ontwijken was simpelweg geen optie.
Tijdens een van die gesprekken had Henk opgemerkt dat Duitsland de oorlog nooit zou winnen. Fuchs was het daar absoluut niet mee eens. Volgens mijn oma vergeleek hij de oorlog met een voetbalwedstrijd. Hij zei:
Wij (de Duitsers) staan met 10 tegen 0 voor. Dat is onmogelijk in te halen.
Voor soldaat Fuchs was het een uitgemaakte zaak: Duitsland zou de oorlog op alle fronten winnen. En je kunt hem dat moeilijk kwalijk nemen. In de meidagen van 1940 had Duitsland het schijnbaar onmogelijke waargemaakt. In razendsnel tempo werd het westen van Europa onder de voet gelopen – iets wat maar weinigen ooit voor mogelijk hadden gehouden.
Ook daarna leek het succes aan te houden. De opmars in Rusland en de Duitse activiteiten in Noord-Afrika verliepen voorspoedig. Het is dan ook niet vreemd dat iemand als Fuchs begon te geloven in een zekere overwinning.
Die avond kwamen Fuchs en de broer van mijn oma er niet uit. Waar Fuchs overtuigd bleef van een Duitse zege, bleef Henk – hoofdschuddend – bij zijn standpunt dat de oorlog niet gewonnen kon worden. Dat hoofdschudden kon Fuchs dan overigens wel weer waarderen; het bracht zelfs een glimlach op zijn gezicht.

Hierboven een groep Duitse soldaten die poseren voor de camera op de Drieplassenweg te Katwijk. Ook deze soldaten waren bij de mensen thuis ingekwartierd, net zoals de onderofficier Franz Fuchs en zijn mannen. Foto bron: Arjan Messemaker©.
Wat ik mij kan herinneren is dat soldaat Fuchs op een gegeven moment werd overgeplaatst naar het Zuidelijk front. Mijn oma en haar familie wisten op dat moment niet waar naar toe. Na de oorlog ontvingen ze echter een kaartje afkomstig vanuit Amerika. Daarop stond het volgende;
Beste familie, achteraf gezien is het toch nog 10 tegen 11 geworden. Groeten, Fuchs.
Pas veel later — ik schat zo'n tien jaar na de oorlog — werd er op een dag op de deur van de boerderij geklopt. Tot ieders verrassing stond daar Franz Fuchs, die afscheid kwam nemen. Inmiddels woonde hij in Canada, waar hij een nieuw bestaan had opgebouwd.
Hij vertelde dat hij tijdens de oorlog was overgeplaatst naar het zuidelijke front, eerst naar Italië en later, in september 1942, naar Afrika werd verscheept. Dit klopt met de geschiedenis van Infanterie-Regiment 47. Fuchs vertelde ook dat hij veel geluk had gehad, omdat velen van zijn kameraden waren gesneuveld. Dat sluit aan bij het feit dat het regiment in mei 1943 vernietigd werd in Tunesië.
Na zijn gevangenneming werd hij als krijgsgevangene naar Amerika of Canada gebracht. Na zijn vrijlating besloot hij in Canada te blijven wonen. Voor zover ik weet woont zijn familie daar nog steeds, al heb ik helaas geen verdere contactgegevens.
De naam Franz Fuchs is alles wat ik van mijn oma heb meegekregen. Daar moeten we het mee doen.